Legende van de hesperiden en de drakenbloedboom

De legende van de hesperiden en de drakenbloedboom.

De Drakenbloedboom is een boom die bij velen tot de verbeelding spreekt. Hij straalt iets uit. Iets majestueus, iets interessants en dat wordt alleen maar aangewakkerd door alle legendes die bij deze boom horen. Tel daarbij de geschatte leeftijd op die deze boom kan halen en het is eigenlijk logisch dat veel mensen deze boom een interessante verschijning vinden.

De legende begint met Atlas, de god die de hemel ondersteunde aan de rand van de oceaan, in de bergen die we tegenwoordig het Atlas gebergte in Marokko noemen.

Atlas had drie dochters, de Hespériden: Egle, Eritia en Aretusa. Zij woonden op de Canarische eilanden, die dan ook als de tuin van de Hesperiden worden beschouwd.
Een waar paradijs op aarde waar het klimaat mild was en waar aan de bomen gouden appels groeiden. De godin Gaia (moeder van de aarde) liet deze appels groeien als een huwelijkscadeau aan de koningen van de goden, Zeus en Hera.
De Hesperiden cultiveerden de tuin die door de draak Ladon bewaakt werd. Ladon was een woeste draak die uit zijn honderd koppen vuur spuwde.

Hercules, ook wel bekend als Heracles – de grootste held uit het oude tijdperk – kreeg de taak om 12 werken te voltooien die als gevaarlijk en zelfs onmogelijk beschouwd werden. Het elfde werk hield in om de gouden appels uit de tuinen van de Hesperiden te stelen.

Hercules begaf zich naar de tuin van de Hesperiden en trof Atlas aan. Omdat de draak van de tuin van de Hesperiden Atlas natuurlijk kende, verzon Hercules een plan.
Hercules wist dat Atlas het zat was om nog langer de hemel vast te houden. Dus zei Hercules hem dat hij, Hercules de hemel wel een tijdje wilde vasthouden in ruil voor de gouden appels. Omdat de draak Altas herkende, kon Atlas gemakkelijk de tuin in komen, de draak doden en de gouden appels stelen.

Atlas ging er vanuit dat hij slim genoeg was om Hercules de appels te geven én hem de hemel voorgoed te laten vasthouden.
Hercules was Atlas echter te slim af, zodat de hemel snel weer op de schouders van Atlas rustte en Hercules ontsnapte met de appels.

De triomf van Hercules was van korte duur want de gouden appels werden door de godin Athena teruggebracht naar het paradijs en overhandigd aan de Hesperiden.

En Ladon, de draak?
Het bloed dat uit de dodelijke wonden van de draak vloeide, viel op de grond van de tuin van de Hesperiden. Uit elk druppel die viel groeide een boom. Deze boom werd “Dracaena draco”, genoemd, ook bekend als ”Drakenboom”. Ze hebben een dikke stam waaruit een verstrengeling van takken groeit die op de honderd hoofden van Ladon lijken. Zo bleef Ladon voortleven in zijn zonen, de bomen die “Dragos” werden genoemd.

Als de bast beschadigd is, komt er een dieprood sap uit de Drakenboom dat Drakenbloed wordt genoemd. Dit rode sap heeft medicinale eigenschappen.
De Drakenbloedboom groeit traag, maar kan gemakkelijk eeuwen oud worden. Er zijn een aantal voorbeelden zoals de boom in Icod de los Vinos (Tenerife), die ook wel de “Drago milenario” genoemd wordt. De Guanches – inheemse bevolking van de Canarische eilanden – aanbaden de drakenbloedbomen en ze dichtten de bomen erg belangrijke krachten toe. Dit bijgeloof bestaat bij een aantal inwoners van Lanzarote overigens nog steeds, reden waarom men drakenbloedbomen laat groeien aan de randen van klif-gebieden.